Financieel economisch
strafrecht
Valsheid in geschrifte
De delictsomschrijving van valsheid in geschrifte (art. 225 Sr.) kent meerdere verschijningsvormen. Zo is het mogelijk om een bestaand geschrift opzettelijk te vervalsen, bijvoorbeeld door het aanpassen van factuurbedragen, het zetten van een handtekening, het invullen van onjuiste gegevens en/of het weghalen van gegevens. Ook kan een geschrift opzettelijk valselijk worden opgemaakt. Het gaat dan om een nieuw geschrift, bijvoorbeeld een factuur of een (notariële) akte, dat volgens het Openbaar Ministerie in strijd met de waarheid tot stand is gekomen.
Vervalsen of vals opmaken van geschriften
Niet alleen het vervalsen of vals opmaken van geschriften is strafbaar, ook het gebruik maken van deze geschriften of het enkel in bezit hebben van deze geschriften is strafbaar gesteld. Denk daarbij aan het doorsturen van een geschrift waarvan u vermoedt dat het niet geheel de waarheid behelst, of het (mede) ondertekenen van een vermoedelijk vals geschrift.
Vervolging wegens valsheid in geschrifte
Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen worden vervolgd wegens valsheid in geschrifte. Voor een veroordeling wegens valsheid in geschrifte kan de rechter bij natuurlijke personen – naast een geldboete en een taakstraf – ook een gevangenisstraf opleggen. In geval van een veroordeling spelen voor de vraag welke straf de rechter oplegt allerlei factoren een rol, bijvoorbeeld de omstandigheden waaronder het feit is begaan, de mate waarin de verdachte door de overtreding voordeel heeft verkregen en de mate waarin door de gedraging het vertrouwen in de markt is geschaad.
Gelet op de mogelijk verregaande consequenties is het van groot belang in een vroegtijdig stadium, nog voordat u wordt verhoord, een advocaat te raadplegen. We denken graag mee met u over vraagstukken met betrekking tot de verdenking ter zake van valsheid in geschrifte. Neemt u gerust contact met ons op.