Alimentatie
Kinderalimentatie
Ouders zijn en blijven, ook als zij uit elkaar gaan, (wettelijk) verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van hun minderjarige kinderen en de kosten daarvan. Zij hebben een onderhoudsplicht ten opzichte van hun kinderen. Wanneer ouders uit elkaar gaan, moeten er afspraken gemaakt worden over de kinderen, waar ze gaan wonen, hoe de zorg verdeeld wordt en ook hoe hoog de bijdrage in de kosten wordt van beide ouders.
Vaststellen hoogte kinderalimentatie
Als uitgangspunt bij het vaststellen van kinderalimentatie geldt dat een kind er na de echtscheiding financieel zo min mogelijk op achteruit mag gaan. Het uitgangspunt voor het vaststellen en berekenen van kinderalimentatie is daarom ook de behoefte van de kinderen. Deze behoefte wordt berekend aan de hand van het gezamenlijke netto besteedbaar inkomen van partijen vóór de scheiding. Daarnaast speelt de leeftijd van de kinderen een rol en hoeveel kinderen er zijn. De kinderalimentatie gaat altijd voor de partneralimentatie. Er wordt dus eerst gekeken hoeveel kinderalimentatie er betaald moet worden. Daarna wordt er bekeken of er nog ruimte is voor partneralimentatie.
Kinderalimentatie bij einde samenleving of nooit samengewoond
Ook als zij uit elkaar gaan of zelfs nooit een relatie hebben gehad, hebben ouders (of verwekkers), totdat de kinderen 21 jaar oud zijn, een onderhoudsplicht tot het voldoen van kinderalimentatie.
Draagkrachtvergelijking kinderalimentatie
Als de behoefte vast staat, moet berekend worden in welke verhouding dit behoeftebedrag door de ouders gedragen moet worden. Beide ouders zijn immers onderhoudsplichtig jegens hun kinderen. Ook de ouder waar de kinderen wonen. Hiervoor moet een draagkrachtvergelijking gemaakt worden. Deze wordt gemaakt aan de hand van de huidige inkomsten van beide ouders. De draagkrachtberekening wordt gemaakt met een forfaitaire berekening, dat houdt in dat er fictieve woonlasten (30% van het netto besteedbaar inkomen) worden gehanteerd en geen daadwerkelijke kosten worden ingevuld.
Zorgkorting
Afhankelijk van de hoeveelheid zorg die een ouder draagt, zal een zorgkorting worden toegepast. Bij gemiddeld één dag per week zorg voor de kinderen, wordt 15% korting toegepast op de behoefte, bij 2 dagen 25% en bij 3 of meer dagen 35%. Van belang is dat het gaat om het gemiddelde, dus de (eventuele extra) zorg tijdens vakanties wordt hierin ook meegerekend.
Jongmeerderjarige/ alimentatie na 18 jaar
Soms wordt gedacht dat de alimentatieverplichting stopt op het moment dat een kind 18 wordt. Dat is niet het geval. De onderhoudsverplichting van de ouders loopt in beginsel door, tenzij een kind volledig in eigen onderhoud kan voorzien. Dat is bijvoorbeeld het geval als het kind geen opleiding of studie doet en volledig werkt.
Alimentatieplicht staat los van ouderlijk gezag en omgang
Het betalen van alimentatie staat los van ouderlijk gezag en omgang. De alimentatieplicht blijft in beginsel bestaan. Ook wanneer de alimentatieplichtige ouder niet belast is/blijft met het ouderlijk gezag en/of geen omgang met het kind heeft.
Ook de vader die een kind niet heeft erkend en alleen biologisch gezien ouder is, kan als verwekker van een kind verplicht worden tot het voldoen van kinderalimentatie. Overigens geldt dit ook andersom voor de man die een kind wel heeft erkend maar niet de biologische vader is.
Wilt u meer weten over kinderalimentatie en/of kunt u ondersteuning gebruiken bij het berekenen en regelen van alimentatie? Neemt u dan vooral contact met ons op.
Verplichting stiefouder
Niet alleen de biologisch ouders hebben een onderhoudsverplichting, ook stiefouders kunnen deze verplichting krijgen. Dit geldt echter enkel voor stiefouders die trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaan en de kinderen moeten tot het gezin van de stiefouders behoren. Wanneer daar sprake van is, hangt af van de omstandigheden. Dat is in ieder geval zo als de kinderen op hetzelfde adres staan ingeschreven als de stiefouder. In de rechtspraak wordt dit begrip ruim uitgelegd. Ook een kind wat studeert en op kamers woont, kan tot het gezin van de stiefouder behoren (en dus een onderhoudsverplichting met zich mee brengen). Bij co-ouderschap kunnen kinderen tot twee gezinnen behoren en kan het dus zo zijn dat de nieuwe partners van beide biologische ouders een onderhoudsverplichting hebben (mits zij getrouwd zijn of geregistreerd partners).