Combinatiekorting- wordt een zorgregeling voortaan boekhouden en uren tellen? | Cleerdin & Hamer Advocaten

Combinatiekorting: wordt een zorgregeling voortaan boekhouden en uren tellen?

19 februari 2021

Door: Glenda Raap

Combinatiekorting: wordt een zorgregeling voortaan boekhouden en uren tellen?
Een verblijf van doorgaans gemiddeld 3 dagen per week

In april 2020 schreef ik nog dat de Hoge Raad in het kader van de combinatiekorting een soepeler criterium heeft toegepast dan daarvoor het geval was, bij de uitleg van het criterium ‘de zorg voor kinderen gelijkelijk verdelen’. In maart vorig jaar besliste de Hoge Raad dat hieraan wordt voldaan is als een kind doorgaans ten minste 3 tot 3,5 dag per week verblijft in het huishouden van de andere ouder. De Hoge Raad haalde daarmee een streep door het vonnis van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden waarin een zorgregeling van de ene week 2,5 dag en de andere week 4,5 dag volgens het hof niet zou voldoen aan de voorwaarde van een duurzaam ritme.

Onlangs heeft de Hoge Raad dit criterium nader ingevuld en besloten hoe de term ‘een verblijf van doorgaans gemiddeld 3 dagen per week’ uitgelegd moet worden, namelijk (strikt) 3x 24 uur. Is het verblijf van een kind bij een ouder dus korter dan gemiddeld 3x 24 uur per week, dan bestaat er geen recht op inkomensafhankelijke combinatiekorting. Daar waar de Hoge Raad dus eerder soepel(er) met dit criterium leek om te gaan, moet een zorgregeling nu kennelijk worden vertaald in uren tellen, in plaats van een zo goed mogelijke regeling voor een kind.

Wat is combinatiekorting en wanneer kom je hiervoor in aanmerking
Inkomensafhankelijke combinatiekorting is een fiscaal voordeel voor ouders van maximaal € 2.815,00 per jaar en bedoeld voor ouders die werk en de zorg voor kinderen combineren. Er is al lange tijd discussie over de vraag wanneer een gescheiden ouder aanspraak kan maken op deze combinatiekorting.

Er moet dan sprake zijn van een kind jonger dan 12 jaar dat staat ingeschreven op hetzelfde adres als de ouder (hoofdverblijf). Na een scheiding kan een kind – ook in geval van co-ouderschap – maar bij één van beide ouders ingeschreven staan. Voor deze gevallen geldt dat wanneer ouders de zorg voor hun kind gelijk verdelen, beide ouders aanspraak kunnen maken op combinatiekorting. Een kind behoort dan gelijktijdig tot het huishouden van de andere ouder waar het niet staat ingeschreven. Hiervan is sprake als een kind gemiddeld doorgaand drie dagen per week bij deze ouder verblijft.

Drie dagen
De vraag is dan vervolgens hoe de term ‘een verblijf van doorgaans gemiddeld 3 dagen per week’ er in de praktijk uit ziet. Volgens het gerechtshof Den Haag voldoet een regeling waarbij een kind de ene week van woensdag 07.30 uur tot donderdag 19.30 uur en de zaterdag 09.00 uur tot maandag 09.00 uur en in de andere week van woensdag 07.30 uur tot donderdag 19.30 uur aan deze eis van drie dagen. Volgens het hof moet in dit kader een verblijf overdag – maar korter dan 24 uur – ook als een gehele dag worden beschouwd.

Volgens de Hoge Raad moet deze term echter zeer strikt worden uitgelegd en is er pas sprake van een dag bij een verblijf van 24 uur. Een korter verblijf dan 24 uur kwalificeert volgens de Hoge Raad niet als een dag en kan dus geen aanspraak worden gemaakt op combinatiekorting.

Nadelige gevolgen voor de scheidingspraktijk
Nog los van de theoretische discussie over wat in het kader van de zorg voor een kind als een ‘dag’ moet worden beschouwd, vrees ik dat deze uitspraak in de scheidingspraktijk tot veel discussies tussen ouders gaat leiden over de invulling van een zorgregeling, of tot aanpassingen van reeds overeengekomen zorgregelingen. Discussies waarbij niet alleen wordt gekeken naar welke zorgregeling het beste past bij de situatie van ouders en kind, maar waarbij kennelijk nu toch uren geteld moeten gaan worden.

Mijns inziens een zeer onwenselijke situatie in vaak toch al precaire omstandigheden. Waar wij als scheidingsadvocaten en -mediators onze cliënten juist vertellen dat ze bij het afspreken van een zorgregeling vooral niet in contacturen moeten tellen, maar moeten kijken naar hun kind(eren) en welke zorgregeling het beste bij hen past, zal deze uitspraak juist tot het tegenovergestelde leiden. Hierdoor zal het vaak nog moeilijker worden om afspraken over de zorgregeling te maken, nu immers niet alleen de schema’s van de ouders en kinderen en het daarbij passende maatwerk van een zorgregeling telt, maar ook de fiscale eis van 3x 24 uur en dus een financieel belang bij het tellen van uren. Deze stringente uitleg van de term ‘3 dagen’ door de Hoge Raad zal leiden zeer waarschijnlijk tot meer conflicten tussen ouders, waar uiteindelijk de kinderen de echte rekening voor zullen betalen.

Voor meer informatie verwijzen we graag naar deze blogs:

Hebben co-ouders recht op inkomensafhankelijke combinatiekorting?
Inkomensafhankelijke combinatiekorting: Drie dagen? Drie nachten?

Recente berichten

Strafrecht

Familierecht

Civiel recht

Bestuursrecht