Het grenzeloze geweld van de Mocro-maffia
20 april 2018
Kroongetuige-expert en strafrechtadvocaat Sander Janssen gaf onlangs in Nieuwsuur commentaar op de wettelijke regeling en de risico’s in de praktijk. De Mocro-oorlog, die ook wel de onderwereldoorlog wordt genoemd,begon in 2012 in Amsterdam. Een criminele bende, met voornamelijk Marokkaanse en Antilliaanse mannen, viel uit elkaar. De groep kreeg ruzie om 200 kilo coke die verdween uit de haven van Antwerpen.
Sindsdien zijn er meer dan dertig liquidaties gepleegd. En woedt de drugsoorlog volop, in de diverse steden.
Mocro-maffia in beeld bij Nieuwsuur
Nieuwsuur (31 maart 2018): Het groeiende geweld verbaast ook advocaat Sander Janssen. Hij promoveerde op het beleid rond het inzetten van kroongetuigen. “Er wordt al een tijdje in dit milieu gedreigd richting familie van kroongetuigen. Maar het is voor zover ik weet in Nederland nooit eerder gebeurd dat een familielid van een getuige op zo’n manier te grazen wordt genomen.”
Volgens Janssen is de mate van geweld tussen criminelen onderling de laatste jaren enorm gegroeid. “Het is niet per se mijn specialiteit of mijn professie. Maar ik denk wel dat je kan zeggen dat in de eerdere generatie criminaliteit toch wel wat onderlinge normen en regels golden. Over het niet aan elkaars familie komen bijvoorbeeld. En ik denk dat je ook wel kan zeggen dat die grenzen aan het vervagen zijn. Dat men grenzelozer geworden is.”
