De herinrichting van de aanmeldfase in asielprocedures
17 juni 2021
Door: Rosa Coene
Met ingang van 25 juni 2021 treden een aantal drastische veranderingen in de asielprocedure in werking. Dit als wisselgeld voor de Moria-deal waarbij de Nederlandse regering heeft ingestemd met het opnemen van honderd kwetsbare vluchtelingen die vanwege een beruchte brand op het Griekse eiland ontheemd raakten.
De veranderingen zijn vastgelegd in het Besluit van 28 mei 2021 tot wijziging van het Vreemdelingenbesluit 2000, in verband met het regelen van de aanmeldfase, het vervallen van het eerste gehoor in de algemene asielprocedure en het doorvoeren van enkele technische aanpassingen. Zoals uit de titel reeds blijkt, heeft dit besluit onder meer tot gevolg dat het eerste gehoor in asielprocedures komt te vervallen. Deze wijziging heeft volgens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (SvJV) tot doel om asielaanvragen efficiënter te behandelen. De vraag rijst echter of de rechtsbescherming en de kwaliteit van asielprocedures op deze manier voldoende gewaarborgd blijft en of de wijzigingen niet strijdig zijn met het Unierecht.
Op dit moment is de Algemene Asielprocedure (AA-procedure) als volgt ingedeeld: kort nadat een vreemdeling een asielverzoek heeft ingediend, neemt de IND een aanmeldgehoor af. Het aanmeldgehoor heeft tot doel om de identiteit, nationaliteit, reisroute en de verantwoordelijke lidstaat vast te stellen. Tijdens dit gehoor mag de IND nadrukkelijk geen asielgerelateerde vragen stellen. Daarna vangt de rust- en voorbereidingstermijn (RVT) aan. De RVT duurt minimaal zes dagen en stelt vreemdelingen in de gelegenheid om bij te komen van hun reis en om zich voor te bereiden op de asielprocedure. Ook worden zij gedurende deze periode voorgelicht door hun advocaat en Vluchtelingenwerk en kunnen zij medisch onderzocht worden.
Na afloop van de RVT start de inhoudelijke asielprocedure die in principe acht dagen duurt. Op de eerste dag van de asielprocedure wordt het eerste gehoor afgenomen, dat dezelfde inhoud heeft als het aanmeldgehoor. Op de tweede dag bespreekt de vreemdeling het eerste gehoor met zijn advocaat en wordt hij voorbereid op het nader gehoor. Op de derde dag vindt het nader gehoor plaats, waarbij het asielrelaas uitgebreid wordt besproken. Het nader gehoor wordt met de advocaat nabesproken op de vierde dag. Tussen de vijfde en de achtste dag neemt de IND vervolgens een definitief besluit op de asielaanvraag.
Zoals gezegd hebben de wijzigingen tot gevolg dat het eerste gehoor met ingang van 25 juni a.s. komt te vervallen. Volgens de SvJV is er namelijk sprake van een dubbeling in het proces, nu het eerste gehoor qua inhoud gelijk is aan het aanmeldgehoor. Bovendien zal voortaan reeds tijdens het aanmeldgehoor gevraagd worden naar de asielmotieven. Door deze wijzigingen vangt de inhoudelijke asielprocedure nu aan met het nader gehoor en zal de inhoudelijke asielprocedure in principe worden ingekort tot zes dagen. De voorbereidingen op het nader gehoor door een advocaat zullen worden verplaatst naar de RVT.
Voor asielzoekers, waaronder ook alleenstaande minderjarigen, betekent dit dat zij vlak na hun aankomst in Nederland zonder enige vorm van voorlichting, voorbereiding en rust worden onderworpen aan een aanmeldgehoor waarbij – anders dan voorheen – ook naar hun asielmotieven gevraagd wordt. Op dat moment worden asielzoekers nog niet (kosteloos) bijgestaan door een advocaat en heeft nog geen medisch onderzoek plaatsgevonden naar het vermogen van asielzoekers om überhaupt te worden gehoord. Dit terwijl deze waarborgen in 2010 bewust in de procedure zijn opgenomen, onder meer om te voorkomen dat een getraumatiseerde asielzoeker die niet goed is voorbereid, met verklaringen komt die onjuist of onvolledig zijn en die later in zijn nadeel kunnen werken. Het ontbreken van deze waarborgen in de nieuwe situatie bergt dan ook daadwerkelijk risico’s in zich voor de zorgvuldigheid van de besluitvorming.
Bovendien krijgt de RVT, die tot doel heeft om asielzoekers de nodige rust en tijd te gunnen voordat hun asielprocedure aanvangt, een sterk inhoudelijk karakter. Door het wegvallen van het eerste gehoor, valt ook een belangrijk contactmoment met advocaten weg. In de nieuwe situatie maken advocaten gedurende de RVT niet alleen voor het eerst kennis met cliënten en lichten zij hen voor, ook zullen zij het aanmeldgehoor met hun cliënten bespreken en moeten zij hen voorbereiden op het nader gehoor. Daarmee neemt de werk- en tijdsdruk voor advocaten toe, hetgeen mogelijk zijn weerslag heeft op de kwaliteit van de rechtsbijstand in asielprocedures.
Het voorstel tot wijziging van de aanmeldfase is reeds veelvuldig bekritiseerd. Volgens onder meer de adviescommissie vreemdelingenrecht van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) en de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) dragen de wijzigingen niet bij aan een efficiënter ingericht asielproces en wordt de kwaliteit, zorgvuldigheid en rechtsbescherming onvoldoende gewaarborgd. Ook de Raad van State heeft zich kritisch uitgesproken over het voorstel tot wijziging, met name voor wat betreft het gebrek aan kosteloze rechtsbijstand gedurende de aanmeldfase, het vragen naar asielmotieven in het aanmeldgehoor en het ontbreken van specifieke waarborgen voor alleenstaande minderjarigen.
De Vereniging van Asieladvocaten- en Juristen Nederland (VAJN) heeft zich eveneens zeer kritisch uitgelaten over het voorstel. Daarbij hebben zij gewezen op het feit dat de wijzigingen strijd opleveren met het Unierecht, meer specifiek de Procedurerichtlijn 2013/32/EU. In de nieuwe situatie betreft het aanmeldgehoor namelijk een persoonlijk onderhoud dat in verband staat met de asielprocedure, waardoor het moet voldoen aan de waarborgen die zijn neergelegd in artikelen 14 tot en met 17 en 19 van deze richtlijn. Volgens de VAJN is de herinrichting van de asielprocedure daarmee in strijd, nu het aanmeldgehoor zal worden afgenomen zonder enige vorm van (juridische) voorbereiding en informatie, zonder waarborgen voor kwetsbaren en zonder dat direct na afloop gelegenheid bestaat tot het indienen van correcties en aanvullingen op het aanmeldgehoor.
De SvJV heeft deze adviezen echter in de wind geslagen en heeft het voorstel op geen enkel punt gewijzigd. Wat de daadwerkelijke gevolgen zijn van de herinrichting van de asielprocedure zal de toekomst uitwijzen. Voor alsnog lijkt het er echter op dat het kleine gebaar naar de honderd ontheemde vluchtelingen in het Moria-kamp zeer grote en negatieve gevolgen heeft voor de kwaliteit en zorgvuldigheid van de Nederlandse asielprocedure. En daarmee zou het Trolleyprobleem er een nieuwe variant bij hebben gekregen.