Een wettelijk recht op schadevergoeding na vrijspraak?

8 augustus 2016

Strafrechtadvocaat Ben Polman van de Amsterdamse vestiging van Cleerdin & Hamer is van mening dat elke verdachte die wordt vrijgesproken automatisch recht zou moeten hebben op een schadevergoeding voor de tijd die hij of zij ten onrechte in voorarrest heeft doorgebracht. In de huidige wettelijke regeling van art. 89 Sv is het antwoord op de vraag of de gewezen verdachte een schadevergoeding krijgt afhankelijk van het oordeel of de Rechtbank of het Gerechtshof die vergoeding ‘redelijk en/of billijk’ acht. Zo komt het maar al te vaak voor dat een verdachte die aanvankelijk heeft gezwegen tijdens de politieverhoren – met goede redenen, bijvoorbeeld omdat niet duidelijk was waarvan hij of zij precies werd verdacht of omdat nog helemaal geen stukken waren verstrekt – uiteindelijk niet wordt gecompenseerd voor de tijd die hij of zij heeft vastgezeten. Ook zijn er verdachten die veel langer in voorlopige hechtenis hebben gezeten dan de onvoorwaardelijke gevangenisstraf die zij uiteindelijk opgelegd krijgen en die verdachten worden evenmin gecompenseerd. Polman stelt op goede gronden dat in deze en andere onredelijke situaties rondom ondergane detentie verandering dient te komen.