Straat en contactverbod via civielrechtelijke procedure
21 januari 2020
Door: Charifa Achekar
Straat en contactverbod
Met de opkomst van social media en slimme apparaten is het makkelijker geworden om een inbreuk te maken op de persoonlijke levenssfeer van een ander. Begin 2019 bleek uit cijfers van de Raad voor Rechtspraak dan ook dat rechters steeds vaker een straat- en/of contactverbod opleggen. Dit gebeurt veelal via een strafrechtelijke procedure. Dit gebeurt veelal nadat er aangifte is gedaan tegen een verdachte maar kan ook via een civiele procedure verkregen worden. De civiele procedure biedt het grote voordeel dat deze veel sneller is dan de procedure bij de strafrechter.
Kort geding straat- en contactverbod
Een straat- en contactverbod kan bij de civiele rechter namelijk in een kort geding gevorderd worden. Hierdoor is het mogelijk om op zeer korte termijn voor de rechter te verschijnen en een verbod te verkrijgen. Daar staat tegenover dat een procedure bij de civiele rechter iets meer inspanning van u kan vragen. Hierna een aantal tips waarmee u uw slagingskans in een civiele procedure kunt vergroten.
Opleggen van een straat- en contactverbod
In een civiele procedure bent u als eisende partij zelf verantwoordelijk voor de onderbouwing van uw vordering. Daar waar in een strafprocedure de Officier van Justitie ervoor zorgt dat de benodigde bewijsstukken worden verzameld, zal u vóór u een civiele procedure start zelf de benodigde bewijsstukken dienen te verzamelen. Daar komt bij dat het opleggen van een straat- en contactverbod wordt gezien als een ernstige inbreuk op een ieders recht om zich vrijelijk te bewegen. Dit betekent dat u voldoende zal moeten aantonen dat de gedaagde partij stelselmatig én op ontoelaatbare wijze inbreuk heeft gemaakt op uw persoonlijke levenssfeer. Dit vergt wat voorbereiding, maar kan uiteindelijk wel lonen.
Doe altijd aangifte
Doe daarom altijd waar mogelijk aangifte van de strafbare handelingen waarmee u te maken krijgt. U krijgt namelijk vaak een kopie van uw aangifte mee welke als bewijs in de procedure kan dienen. Kunt u geen aangifte doen, maar maakt de politie wel een melding van hetgeen tussen u en gedaagde is voorgevallen? Dan kunt u deze meldingen opvragen bij de privacy functionaris binnen uw politieregio.
Verzamel voldoende bewijstukken
Houdt daarnaast een gedetailleerd dagboek bij waarin u weergeeft wanneer u bent lastiggevallen en waaruit dit bestond. Zo maakt u inzichtelijk voor de rechter dat het lastigvallen, bedreigen of zelfs de fysieke mishandelingen frequent plaatsvindt. Probeer uw dagboek aan te vullen met eventuele bewijzen welke u op papier aan de rechter kunt geven. Wordt u de hele nacht wakker gebeld door uw ex-partner? Houdt dit dan allereerst bij in uw dagboek en maak daarnaast bijvoorbeeld een screenshot van de gemiste oproepen op uw telefoon. Het dagboek met ondersteunende screenshots kunnen dan dienen als bewijs.
Handgeschreven verklaringen
Maar ook (hand)geschreven verklaringen van bijvoorbeeld vrienden, buren, collega’s of familieleden kunnen bijdragen aan het bewijs in uw procedure. Zorg ervoor dat deze getuigen naast een handtekening, ook zijn of haar volledige naam, adresgegevens en telefoonnummer vermelden. Daarnaast is het belangrijk dat de verklaring duidelijk en concreet is. De getuige dient gedetailleerd te beschrijven wat hij of zij gezien en/of gehoord heeft. Maar ook waar en wanneer dit plaatsvond én wie daar eventueel bij aanwezig waren.
Fysiek of geestelijk letsel
Ondervindt u fysiek of geestelijk letsel door de handelingen van de wederpartij? Ga dan naar uw huisarts of laat u door uw huisarts doorverwijzen naar een psycholoog. Uw huisarts of uw psycholoog kan dan een verklaring opstellen waarin staat wat zijn of haar waarnemingen zijn geweest. Zeker als er fysiek geweld heeft plaatsgevonden doet u er verstandig aan om een letselverklaring op te laten stellen door uw huisarts. Ook deze verklaringen kunnen als bewijs dienen en geven de rechter een goed beeld van uw lijdensweg.
Wat wilt u bij de rechter vorderen
Het is daarnaast goed om stil te staan bij het feit dat een straat- en contact verbod niet onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Het kan voorkomen dat de rechter wél een straatverbod oplegt aan de wederpartij maar geen contactverbod. De reden hiervoor kan zijn dat de rechter van oordeel is dat het opleggen van beide verboden een bovenmatige inbreuk is op het belang van gedaagde. De rechter zal uw vordering dan naar alle waarschijnlijkheid afwijzen.
Advocaat straat- en/of contactverbod
Wilt u met succes een straat- en/of contactverbod aanvragen? Dan is het belangrijk dat u hierbij wordt bijgestaan door een advocaat die precies weet aan welke voorwaarden moet worden voldaan voor toewijzing van de zo’n verbod. Onze advocaten adviseren u hier graag verder over.